10 november 2020

Kamerbrief naar aanleiding van motie grensoverschrijdende energieprojecten

De gemeenten Emmen, Kerkrade en Losser hebben samen met de provincies Drenthe, Overijssel en Limburg een brief geschreven aan de minister van Economische Zaken en Klimaat. Naar aanleiding van deze brief hebben twee leden van de Tweede Kamer een motie ingediend.

De motie is aangehouden, wat betekent dat de minister er op reageert en dat de kamerleden daarna kunnen besluiten de motie toch in gewijzigde vorm in te dienen, of daarvan af te zien.  De reactie van de minister is afwijzend, dus we zijn heel benieuwd of de motie in gewijzigde vorm wordt ingediend en daarbij ook op steun van de kamer kan rekenen.

Het is goed dat er discussie in de Tweede Kamer ontstaat over de maatschappelijke opbrengsten van grensoverschrijdende energieprojecten. Tegelijkertijd is het belangrijk te begrijpen dat de kamerbrief van de minister geen antwoord is op de brief van de grensgemeenten en grensprovincies. De kamerleden roepen in de aangehouden motie op tot een wetswijziging, terwijl in de brief van de grensgemeenten en grensprovincies wordt verzocht pilots toe te staan. Dat is iets wezenlijks anders. Pilots zijn nodig om te kunnen onderzoeken hoe grensoverschrijdende uitwisseling van stroom zo vorm kan krijgen dat dit veilig kan en tot optimale maatschappelijke opbrengsten kan leiden.

Wij gaan ervan uit dat er een antwoord komt van de minister op de brief van de grensgemeenten en grensprovincies, los van de discussie in de Tweede Kamer. Ook gaan we ervan uit dat we worden uitgenodigd voor overleg met het ministerie naar aanleiding van de door ons verzonden brief.

Twee elementen in de kamerbrief hebben overigens wel tot verbazing geleid:

  • De minister stelt dat het grensoverschrijdend uitwisselen van elektriciteit niet tot maatschappelijke voordelen leidt en ook niet bijdraagt aan vergroting van de beschikbare netcapaciteit. Het onderzoek dat Hochschule Osnabrück en Universiteit Twente uitvoeren in het kader van SEREH is daarmee in tegenspraak. Uit dat onderzoek blijkt dat er een besparing van 34% op de systeemkosten kan worden gerealiseerd en dat de belasting van het regionale elektriciteitsnet met 11% afneemt. Het is dan ook niet duidelijk waar de minister zijn standpunt op baseert.
  • De minister spreekt over een onderzoek dat TenneT en Enexis zouden hebben uitgevoerd naar de Smart Energy Region Emmen-Haren. Wij weten niet van het bestaan van dat onderzoek, terwijl wij over SEREH de afgelopen jaren steeds in gesprek zijn geweest met TenneT en Enexis. Hier wordt, denken wij, ten onrechte de indruk gewekt dat een standpunt van TenneT en Enexis gebaseerd is op onderzoek.

Er is blijkbaar nog veel onduidelijk bij het ministerie van Economische Zaken en Klimaat over de opzet en het nut van grensoverschrijdende energieprojecten. Ook om die reden is het zinvol om in gesprek te gaan naar aanleiding van de brief van grensgemeenten en grensprovincies.

Ander nieuws